Belastingplan 2025
Op deze pagina zijn de verwachte wijzigingen m.b.t. de inkomstenbelasting samengevoegd.
De wijzigingen binnen de inkomstenbelasting gaan veelal over wijzigingen binnen het boxenstelsel. Hoe werkt dit ook alweer?
Via box 1 wordt de belasting berekend over je inkomen uit werk en woning (dus je salaris, uitkering, inkomsten uit onderneming). Hier bovenop wordt het inkomen uit de eigen woning geteld (het eigenwoningforfait). Dit bedrag wordt verminderd met aftrekposten zoals de hypotheekrente en de uitgaven voor inkomensvoorzieningen zoals een arbeidsongeschiktheids- of lijfrenteverzekering.
Via box 2 wordt het inkomen uit aanmerkelijk belang berekend. Je hebt een aanmerkelijk belang bij 5% of meer van de aandelen in bijvoorbeeld een B.V. De dividenduitkeringen die je ontvangt worden via box 2 belast.
Via box 3 wordt het inkomen uit sparen en beleggen belast. Dus je bankrekeningen, aandelen, maar ook een tweede huis en je overige bezittingen worden via deze box belast.
De tarieven in Box 1
In de onderstaande tabel zijn de tarieven van box 1 voor 2024 en 2025 weergegeven. In het hoofdlijnenakkoord is aangegeven dat het kabinet van mening is dat er maatregelen nodig zijn die ervoor zorgen dat meer werken ook betekent dat mensen erop vooruitgaan. Met specifieke aandacht voor werkenden met een middeninkomen.
Vanaf 2025 wordt de eerste schijf inkomstenbelasting bij een inkomen tot € 38.441 per jaar verlaagd tot 35,82%. De tweede schijf geldt voor een jaarinkomen tussen de € 38.441 en € 76.817 en bedraagt 37,48%. Al het meerdere boven de 76.817 is belast tegen 49,5% in de derde schijf.
Tarief tot AOW-leeftijd | |
2024 | 2025 |
Schijf 1: 36,97% tot € 75.518 | Schijf 1: 35,82% tot € 38.441 |
Schijf 2: 37,48% tussen € 38.441 en € 76.817 | |
Schijf 2: 49,50% vanaf € 75.518 | Schijf 3: 49,50% vanaf € 76.817 |
Tarief vanaf AOW-leeftijd | |
2024 | 2025 |
Schijf 1: 19,07% tot € 38.098 (vanaf 1946) tot € 40.021 (voor 1946) | Schijf 1: 17,92% tot € 38.098 (vanaf 1945) tot € 40.502 (voor 1945) |
Schijf 2: 36,97% tot € 75.518 | Schijf 2: 37,48% tot € 76.817 |
Schijf 3: 49,50% vanaf € 75.518 | Schijf 3: 49,50% vanaf € 76.817 |
Het tarief in Box 2
Over je belastbaar inkomen uit aanmerkelijk belang betaalde je in 2023 nog 26,9%. Vanaf 2024 zijn er in box 2 van de inkomstenbelasting twee schijven. Namelijk 24,5% en 33%. Voor het box 2 inkomen tot € 67.000 geldt het tarief 24,5%. Is het box 2 inkomen hoger dan wordt dit belast tegen een tarief van 33%. Hierdoor worden hoge dividenduitkeringen in 2024 dus zwaarder belast. Voor fiscaal partners geldt dat zij bij een dividenduitkering van maximaal € 134.000 gebruik kunnen maken van het lage tarief van 24,5%, mits zij het inkomen gelijk verdelen. Door middel van het hoofdlijnenakkoord is aangegeven dat het kabinet voornemens is het toptarief van box 2 te verlagen naar 31% vanaf 2025.
Tip! Zet gezien de wisselende percentages in box 2 op een rijtje wanneer je de komende jaren grotere uitgaven wilt doen en wanneer je daarvoor dividend wilt uitkeren. Een dividenduitkering eind december óf begin januari (dit kan letterlijk 2 dagen schelen en kan een behoorlijk bedrag aan belasting schelen). Vergeet daarbij dus niet om de ruimte binnen het lage tarief in 2024 (van jou en je de fiscaal partner) mee te nemen in deze afweging.
Box 3 – de overgangsfase
Box 3 regelt de belasting die je betaalt over je spaargeld en andere vermogensbestanddelen.
In de afgelopen jaren gebeurde dit steeds forfaitair zonder rekening te houden met de werkelijke situatie. Er wordt nu gezocht naar een andere, meer eerlijkere systematiek voor het heffen over sparen en beleggen. Dit systeem moet vanaf 2027 van kracht worden. Tot dat moment wordt bij de berekening van box 3 rekening gehouden met de samenstelling van het vermogen, waardoor belastingplichtigen met veel spaargeld minder belasting betalen dan belastingplichtigen met veel beleggingen (denk aan effecten, verhuurd onroerend goed, maar ook een tweede woning, vorderingen en crypto’s). Schulden tellen bij een positief box 3 vermogen niet meer volledig mee voor de berekening in box 3. Per 2024 is het tarief in box 3 verhoogd naar 36%. Voor fiscaal partners geldt in 2024 een vrijstelling voor box 3 van € 114.000. Heb je geen fiscaal partner dan is de vrijstelling de helft,
€ 57.000. Over dit deel van je vermogen betaal je dus geen belasting. Het heffingsvrije vermogen is met ingang van 2024 niet verhoogd om de budgettaire derving van het uitstellen van een nieuw stelsel in 2027 te dekken.
De heffing voor 2025 over het box 3 vermogen blijft 36%.
Box 3- de bezwaarfase
Er is een besluit genomen over wie er in aanmerking komt voor aanvullend rechtsherstel voor box 3. Alle belastingplichtigen met een aanslag die na het Kerstarrest van 24 december 2021 is of wordt opgelegd, kunnen het formulier werkelijk rendement invullen. Dit is alleen zinvol als het werkelijke rendement lager was dan het veronderstelde forfaitaire rendement. Voor aanslagen uit het jaar 2019 geldt dat er voor eind 2024 een verzoek tot ambtshalve vermindering moet zijn ingediend. Voor aanslagen uit het jaar 2020 is de uiterste termijn voor het indienen van een verzoek tot ambtshalve vermindering eind 2025.
De nieuwe box 3 heffing
Inmiddels is het plan gepresenteerd van hoe de box 3 heffing eruit moet komen te zien vanaf 2027. Hierover lees je meer in ons artikel: De nieuwe box 3 heffing: Een beetje van dit en een snufje van dat.
Verlaging vrijstelling groene beleggingen box 3
Bij de behandeling van het Belastingplan 2024 is er reeds aangekondigd dat de fiscale vrijstelling voor groen sparen en beleggen per 2025 sterk verminderd wordt. De vrijstelling is in 2024 nog maximaal € 71.251 (€ 142.502 bij fiscale partners). Per 2025 zou deze beperkt worden tot € 30.000 (€ 60.000 bij fiscale partners).
Inmiddels is echter aangekondigd deze vrijstelling aan te passen naar € 26.312 (€ 52.624 bij fiscale partners). Daarnaast wordt ook de heffingskorting groene beleggingen verlaagd van 0,7% naar 0,1% van het werkelijk in box 3 vrijgestelde bedrag aan groene beleggingen. Per 1 januari 2027 zal de vrijstelling als de heffingskorting voor groene beleggingen vervallen.
Heb je vragen over dit artikel? Neem dan contact op met Jeroen Jansen via 088-2202325 of JeroenJansen@JAN.nl.
Lees ook de overige artikelen uit de Prinsjesdagspecial van JAN©:
De DGA en de B.V.
De IB-ondernemer/ ZZP-er
Werkgevers en werknemers
Duurzaamheid en subsidies
BTW
De woning
Kindregelingen
De auto
Overige belangrijke maatregelen