De zoektocht naar miljarden ter compensatie voor financiële tegenvallers.
Afgelopen vrijdag heeft de Tweede Kamer de voorjaarsnota mogen ontvangen. In de voorjaarsnota lezen we hoe de stijgende rente op de staatsschuld, de duurder uitpakkende asielopvang en de gaswinningsproblematiek gecompenseerd wordt.
Wat betekenen de maatregelen voor jou? JAN© heeft de belangrijkste zaken hieronder uiteen gezet.
Aanpak belastingconstructies en fiscale regelingen:
Het kabinet heeft via de Miljoenennota aangekondigd om door het beperken van fiscale constructies, 162 miljoen euro (in 2024) en oplopend tot 550 miljoen euro structureel (vanaf 2027) aan opbrengst op te willen halen. Wanneer het niet lukt om deze bedragen te behalen zal het resterende bedrag worden opgevuld door een stijging van het tarief van de eerste schijf van de inkomstenbelasting. Met andere woorden als het kabinet er niet in slaagt het beoogde bedrag te verzamelen met de aanpak van fiscale constructies wordt de inkomstenbelasting verhoogd.
Het kabinet spreekt verder nog steeds de doelstelling uit het belastingstelsel eenvoudiger te maken en regelingen die niet het beoogde effect behalen of negatieve scores in een evaluatie hebben behaald aan te passen of af te schaffen. Dit resulteert in o.a. de volgende voorgestelde wijzigingen:
Voorgestelde wijzigingen voor de ondernemer:
Verruiming herinvesteringsreserve (HIR) inzake stoppersregelingen
Als een HIR gevormd door de verkoop van een bedrijfsmiddel kan deze later worden afgeboekt bij de aanschaf van een nieuw bedrijfsmiddel, wanneer er wordt voldaan aan de voorwaarden. Voor het toepassen van een HIR bij een gedeeltelijke staking van een onderneming door overheidsingrijpen gelden er nu al soepelere voorwaarden. Deze voorwaarden worden per 2024 verruimd, zodat de HIR ook toegankelijker wordt voor bijvoorbeeld stoppende agrariërs.
Aanpassingen aan de bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) en de doorschuifregeling (DSR)
De BOR ligt al langer onder een vergrootglas. Ook door middel van de voorjaarsnota zijn er maatregelen aangekondigd die de uitvoerbaarheid moeten verbeteren en de knelpunten zouden wegnemen:
- Vanaf 2024 worden aan derden verhuurde onroerende zaken standaard aangemerkt als beleggingsvermogen in de BOR en DSR.
- Vanaf 2025 wordt de vrijstelling in de BOR 100% van de waarde van de onderneming tot 1,5 miljoen euro en 70% over het meerdere aan ondernemingsvermogen. Nu ligt de grens bij 1,2 miljoen en bedraagt het percentage boven die 1,2 miljoen nog 83%.
- De doelmatigheidsmarges in de BOR en in de DSR worden afgeschaft. Door deze doelmatigheidsmarges wordt nu nog beleggingsvermogen tot 5% van het ondernemingsvermogen aangemerkt als ondernemingsvermogen. Dit kan straks niet meer.
- Bedrijfsmiddelen die ook buiten de onderneming worden gebruikt, kwalificeren straks alleen nog voor het deel dat in de onderneming wordt gebruikt voor de BOR en de DSR.
- Alleen reguliere aandelen met een belang van 5% die volledig meedelen in de winstgerechtigheid en liquidatieopbrengst komen straks nog in aanmerking voor de BOR en de DSR.
- De bezits- en voortzettingseis in de BOR worden in bepaalde situaties versoepeld en de dienstbetrekkingseis wordt afgeschaft.
- Constructies met de BOR (dubbel gebruik van de BOR en oneigenlijk gebruik van de BOR door constructies met personen op hoge leeftijd) worden aangepakt.
Er loopt echter nog een vervolgonderzoek naar verbeteringen in de BOR en DSR. De Tweede Kamer wordt eind juni 2023 hier nader over geïnformeerd. Daarna zullen we meer over de maatregelen horen. Via deze link lees je meer over de BOR die we nu kennen en waarom deze zo interessant is.
Voorgestelde wijzigingen op het gebied van werken, leren en pensioneren:
Loonkostenvoordelen LKV voor de doelgroep ouderen wordt afgeschaft
Wanneer je nu als werkgever een of meerdere oudere werknemers of werknemers met een arbeidsbeperking in dienst neemt, dan kom je in aanmerking voor het Loonkostenvoordeel (LKV).
Het LKV voor ouderen zal per 2026 worden afgeschaft. De doelmatigheid het LKV ouderen zou beperkt zijn. De LKV-bedragen over 2026 worden door de Belastingdienst uitgekeerd in 2027. Deze maatregel levert na 2027 dus pas een besparing op voor de staatskas.
Vereenvoudigen vrijstelling OV-abonnement van loonheffing
Er zijn nu twee regelingen voor het onbelast verstrekken van OV-abonnementen door werkgevers. Deze worden vervangen door één vrijstelling, dit zou het onbelast verstrekken van OV-abonnementen eenvoudiger moeten maken.
Scholingssubsidie STAP wordt afgeschaft
Het STAP-budget zal na 2023 niet meer beschikbaar worden gesteld. Mede door de technologische ontwikkelingen veranderen de banen snel. Banen verdwijnen, maar tegelijkertijd komen er nieuwe, andere banen bij. Door om- en bijscholing hoopt de overheid dat mensen gezond kunnen werken tot de AOW-leeftijd: ‘een leven lang ontwikkelen’. Nu het STAP-budget wordt afgeschaft moet er een andere manier komen waardoor de doelstelling gehaald kan worden, hier wordt de komende tijd naar gekeken. Meer informatie over het STAP-budget
Pensioen, half jaar uitstel om deel pensioen ineens op te nemen.
De maatregel waarin gepensioneerden een deel van hun pensioen als ‘bedrag ineens’ kunnen opnemen is met een half jaar uitgesteld. Deze mogelijkheid gaat dus per 1-1-2024 in als dit niet wederom wordt uitgesteld.
Voorgestelde wijzigingen op het gebied box 3:
Uitstel nieuwe box 3 stelsel komt pas in 2027
Eerder was al bekend gemaakt dat het niet gaat lukken om het box 3 stelsel in te voeren in 2026, maar dat dit met een jaar wordt uitgesteld. Ook in de voorjaarsnota wordt hier weer melding van gemaakt. Het uitstel zou 395 miljoen euro kosten. Deze kosten worden gedekt door een maatregel binnen box 3, over de vormgeving wordt in augustus besloten.
Voorkomen dubbele belasting
De berekeningsmethode ter voorkoming van het heffen van dubbele belasting in box 3 bij buitenlands vermogen wordt aangepast. Voor de voorkoming van dubbele belasting wordt de te betalen belasting verminderd met een gedeelte dat toe te rekenen is aan de buitenlandse bezittingen en schulden.
Aandelen in VvE of derdenrekening is banktegoed
Een aandeel van het vermogen in een VvE (Vereniging van Eigenaren) wordt onderdeel van het banktegoed in box 3. Eerder is aangegeven dat dit tot de categorie overige bezittingen behoort, en hiermee wordt het veel hoger belast. Voor aandeel in het vermogen op een derdenrekening bij een notaris geldt ook dat dit wordt gezien als banktegoed.
Onderlinge vorderingen en schulden in box 3
Fiscale partners die onderling vorderingen en schulden hebben zouden deze moeten vermelden in de gezamenlijke aangifte. Dit hoeft niet meer in de aangifte te worden opgenomen. Dit geldt ook voor onderlinge vorderingen en schulden tussen ouders en een minderjarige kinderen in situaties waarin het inkomen van het minderjarige kinderen aan de ouders wordt toegerekend.
Voorgestelde wijzigingen m.b.t. de kinderopvang worden met 2 jaar uitgesteld:
Critici hadden al vraagtekens bij het plan om de kinderopvang -nagenoeg- gratis te maken in een branche die nu al wachtlijsten kent. En dan zou ook het financiële stelsel ingrijpend gewijzigd moeten worden. Waar we nu een toeslagsysteem kennen zou er per 2025 een eigen bijdragen van 5% betaald moeten worden door ouders die gebruik maken van kinderopvang. Gezien de te verwachten toenemende vraag heeft het kabinet nu aangegeven dat dat onverantwoord is. Het risico is dat de wijziging de toegankelijkheid, betaalbaarheid de kwaliteit van de kinderopvang niet ten goede zal komen. Het nieuwe financiële stelsel zal daarom ingaan per 2027 i.p.v. in 2025. Hiermee valt er cumulatief 4,7 miljard euro vrij. Er wordt nu geleidelijk toegewerkt naar het nieuwe stelsel, hiervoor wordt 1,6 miljard euro ingezet.
Meer informatie over de voorgestelde wijzigingen in de kinderopvang zijn opgenomen in onze special het Belastingplan 2023.
Voorgestelde wijzigingen op het gebied van BTW:
Evaluatie verlaagde btw-tarief
Nu kennen we een laagde btw-tarief van 9% op sierteelt, arbeidsintensieve diensten (zoals schilders, kappers en schoenmakers), cultuur (zoals boeken, musea en bioscopen) en logies (zoals hotels en campings). Naar aanleiding van de evaluatie van het verlaagde btw-tarief is besloten te kijken naar doelmatigheid van de regeling. Met Prinsjesdag wordt hieromtrent meer over bekend gemaakt. Wanneer er besloten wordt om de regeling te versoberen of af te schaffen wordt er gekeken naar de impact op specifieke groepen en indien nodig wordt er gezocht naar alternatieve maatregelen.
Vastgoedaandelentransacties met overgangsrecht
Voor vastgoed is in principe 21% btw verschuldigd bij de levering van nieuwe onroerende zaken en overdrachtsbelasting verschuldigd bij de verkrijging van bestaande onroerende zaken. Het is nu echter mogelijk om nieuwe onroerende zaken via een aandelentransactie over te dragen zodat er helemaal geen btw of overdrachtsbelasting verschuldigd is. Deze belastingconstructie wordt aangepakt.
De aanvullende margeregeling en plaats van virtuele diensten omzetbelasting
Er worden aanpassingen voorgesteld die ervoor moeten zorgen dat het duidelijker moet worden waar een dienst wordt verricht als het gaat om virtuele culturele, artistieke, sportieve, wetenschappelijke, educatieve of vermakelijkheidsdiensten. Door de wijziging is vanaf 1 januari 2025 de btw verschuldigd van de lidstaat van de woon- of vestigingsplaats van de afnemer.
Overige wijzigingen:
Motorrijtuigenbelasting (MRB) en belasting personenauto’s en motorrijwielen (BPM)
Ook is er een evaluatie gedaan naar de MRB en de BPM, er zijn een aantal bijzondere regelingen die niet doeltreffend zijn. Er wordt nu gekeken of deze regelingen beperkt of beëindigd kunnen worden. Hierbij wordt gelet op de gevolgen voor gebruikers van de voertuigen en gezocht naar een redelijke invoertermijn. Half juni worden de voorstellen bekend gemaakt.
Aftrek specifieke zorgkosten
Ook is de aftrekmogelijkheid voor specifieke zorgkosten geëvalueerd. Ook hier is de conclusie dat de doelmatigheid beperkt is. Met Prinsjesdag horen we meer over de voorgestelde maatregelen. Er komt tevens meer informatie over op welke manier de middelen voor chronisch zieken en gehandicapten gerichter kunnen worden ingezet.
Afschaffen betalingskorting Inkomstenbelasting
Per 1 januari 2023 is de betalingskorting bij de voorlopige aanslag van de vennootschapsbelasting afgeschaft. Het kabinet is nu voornemens om ook de betalingskorting bij de voorlopige aanslag inkomstenbelasting af te schaffen.
Wat betekent dit voor jou?
De maatregelen die zijn genoemd in de Voorjaarsnota kunnen worden gezien als voorstellen. Er zullen eerst nog wetsvoorstellen moeten worden gemaakt die dan door de Tweede Kamer en vervolgens de Eerste Kamer moeten worden goedgekeurd en aangenomen.
Ben jij voornemens iets te ondernemen dat de wijzigingen raakt? Overleg dan met je belastingadviseur bij JAN© over wat voor jou de beste optie is.