Deze editie van Hmore staat in het teken van het 12,5-jarig jubileum. Een mooie mijlpaal om bij stil te staan! JAN© heeft hier ook al aardig wat jaartjes van meegemaakt met vele interviews en columns. Zo hebben wij 5 jaar geleden verteld over familiebedrijven en hoe wij als adviseur, buitenstaander, een verbindende factor kunnen zijn voor deze bedrijven. Hier blikken we nu op terug en we kijken naar de toekomst.
Dit artikel verscheen eerder en is overgenomen van Hmore.
Met hart en ziel
Camiel: Het is nog steeds een tak apart het adviseren van een familiebedrijf. Het gaat namelijk vaak helemaal niet over snel geld verdienen, maar er wordt gefocust op continuïteit en de resultaten op langere termijn. En hoe daar te komen. Familieleden zetten zich met hart en ziel in voor de zaak. Hierdoor zijn zakelijke, rationele beslissingen eigenlijk nooit zakelijk, maar komt er altijd een sterk emotioneel
aspect bij kijken.
Nico: Daarin zijn wij als adviseurs nog steeds meer psycholoog dan belastingadviseur of accountant. Je hebt gewoon te maken met de dynamiek binnen een familie en hoe mensen met elkaar omgaan. Dat maakt de begeleiding van een familiebedrijf ook zo mooi, mensen zijn vaak heel puur en eerlijk. Aan ons om die eerlijkheid in goede banen te leiden. Wat daarbij enorm helpt is het in kaart brengen van een disk profiel van de familieleden. Je kunt daardoor bepaalde uitspattingen of vurigheid gewoon beter plaatsen. Het is nog steeds zo dat je als buitenstaander dit in goede banen kunt leiden omdat jij zaken wél mag benoemen.
Familiebedrijven in de huidige tijdsgeest
Camiel: Nu met een krappe arbeidsmarkt hebben familiebedrijven een streepje voor bij bepaalde werknemers. De grote betrokkenheid bij het bedrijf door familieleden zorgt ervoor dat getalenteerde mensen er graag werken. Je weet voor wie je werkt en je weet dat je gezien en gewaardeerd wordt, je opereert niet in anonimiteit. Daar zouden alle ondernemers voor moeten zorgen uiteraard.
Nico: Ik vraag mij wel af of met name het grotere familiebedrijf wel echt gewaardeerd wordt in Nederland. Als je nu kijkt naar de beperking van de bedrijfsopvolgingsregeling (hierna: BOR) en de vrijstelling die kleiner wordt. Dan vraag ik mij af of in Den Haag het belang van familiebedrijven wel gezien wordt. Ze zijn de motor van de samenleving, de melkkoe van de schatkist.
De BOR heeft zijn gloriedagen gehad
Camiel: Het ironische is dat per januari 1984, precies 40 jaar geleden, bedrijven meer zekerheden hebben gekregen om de boel onder een andere eigenaar voor te zetten. Toen is in de wet opgenomen dat de bedrijfsopvolger het recht heeft om gebruik te mogen maken van een gefaseerde (renteloze) betalingsregeling voor de erf- en schenkbelasting. In de jaren erna is de BOR eigenlijk alleen royaler geworden. Aan dat tijdperk komt nu, tijdens het 40-jarig jubileum, een einde. De versobering wordt ingezet. Als we kijken naar ons artikel uit 2018 kunnen we wel stellen dat de mens niet is veranderd maar de wetgeving doet dat wel.
Wijzigingen BOR
Om alle wijzigingen van de BOR te behandelen hebben we de ruimte niet voor maar we lichten twee voorbeelden uit. Na een overname kan de claim over de te betalen inkomstenbelasting worden doorgeschoven en aanvullend is de overdracht vrijgesteld voor de schenk- en erfbelasting tot een bedrag van € 1.205.871 (2023). Is de onderneming meer waard dan is het meerdere voor 83% vrijgesteld. Oftewel, er wordt slechts 17% van het meerdere in de heffing betrokken. Het belastingtarief wordt door toepassing van de BOR nu dus verlaagd van 45% naar 3,4%!
“De mens is niet veranderd maar de wetgeving doet dat wel.” – Camiel Lokkerbol
Dit helpt natuurlijk enorm om de continuïteit van een onderneming als een familiebedrijf veilig te
stellen. De plannen zijn nu om in 2024 en 2025 onderdelen van de BOR te versoberen. Zo zou het
volledig vrijgestelde deel van de waarde van de aandelen beperkt worden tot € 1,5 miljoen. Maar
voor het meerdere gaat een vrijstelling gelden van 70%.
Daarnaast is er nu bijvoorbeeld een dienstbetrekkingseis. Je mag de BOR nu alleen toepassen als de gene die de boel gaat overnemen 3 jaar in dienst is bij de onderneming. Deze eis vervalt. Kinderen hoeven niet meer op de loonlijst te staan om gebruik te maken van de nieuwe regeling. De regeling kan alleen nog worden toegepast als de kinderen minimaal 21 jaar zijn.
Nico: Die laatste kan overigens gunstig uitpakken, maar wij hebben ook andere ervaringen. Toevallig zijn Camiel en ik laatst nog samen bij een grote klant van JAN© op bezoek geweest. We zien daar de keiharde effecten van dergelijke wijzigingen.
Uit de praktijk
Camiel: In dit geval is er sprake van jongere kinderen. Onder de 13 jaar zet je een kind niet aan het werk in je onderneming, dus ook niet op de loonlijst. In de oude situatie zou je vanaf een jaar of 13 kunnen starten in de onderneming met wat eenvoudige klusjes en het opbouwen tot wat zwaarder of werk met meer verantwoordelijkheid. Dan zou je vanaf een jaar of 16 kunnen starten met de overdracht. In dit geval is de ‘oude regeling’ er over 3 jaar niet meer. De ouders moeten nu wachten totdat het kind 21 jaar is.
In dit geval is het een heel groot familiebedrijf en de zaken gaan heel goed. De komende ca. 10 jaar kunnen ze niet overdragen, maar de waarde van de onderneming neemt naar verwachting alleen maar toe. De nieuwe regeling pakt hier heel ongunstig uit. We hebben alles doorgerekend en je hebt het echt over extreme extra heffingen. Deze ondernemer zit klem, dit heeft echt wel consequenties.
En dan nog de humor…
Nico: In dit soort gevallen kun je alleen maar kijken wat er nog wel kan. Ik maakte de flauwe grap dat de klant dan maar moest emigreren naar een zonnig oord en met een cocktail op het strand moest gaan
zitten. Flauwe grappen achteraf blijken ook serieuze oplossingen te bieden. De klant gaat serieus overwegen om te emigreren. Wanneer hij daarvoor kiest en hij verhuist de onderneming mee dan is
de waarde toename van de komende 10 jaar niet in Nederland belast. En over 10 jaar hoeft hij geen
schenkingsrechten te betalen. Camiel: Wat er in elk geval zeker gaat gebeuren is dat er een vestiging in het buitenland wordt opgericht. Een van de familieleden gaat emigreren naar het buitenland en die vestiging leiden. Zo wordt het Nederlandse familiebedrijf straks de motor van de buitenlandse samenleving.
Nico: Ik heb een advies voor de wetgever: Koester wat je hebt.
Camiel: Bedenk jij dan een beter grapje voor een volgende afspraak ?
Nico: Ja, ik heb gelukkig ook opmerkingen die beter uitpakken: Laatst met die opvolging van vader op zoon. Vader wilde na de opvolging nog steeds echt overal mee bemoeien. De zoon werd er echt door belemmerd. Ik heb vader meegenomen naar de golfbaan en aangegeven dat hij zijn zoon met rust moest laten en niet steeds aan moest geven dat hij het niet met zijn zoon eens was. Uiteindelijk is zoon het zakelijk gezien veel beter gaan doen dan vader het ooit gedaan heeft. Hiermee heeft hij ongelofelijke groei laten zien, maar belangrijker: Het respect van zijn vader gekregen.